Auteur: Jan van der Vegt

Roland Holst (1888-1976) wordt 'de prins der dichters' genoemd. Het Hollandse kustlandschap en de betovering van een zonsondergang boven een winterse zee spreken in zijn gedichten even sterk als de rouw om een gestorven geliefde of de droom over een verloren paradijs. In deze bloemlezing zijn gedichten gekozen uit alle bundels van Roland Holst. Bekende gedichten als 'De ploeger' en 'Eens' ontbreken niet. Het geschreven portret is van de jan van Roland Holst-biograaf Jan van der Vegt

ISBN: 9789079272327

Aantal pagina's: 116

Van de dichters A. Roland Holst (1888-1976) en Hendrik de Vries (1896-1989), beiden hoog gewaardeerd door tijdgenoten, zijn slechts 16 wederzijdse brieven bewaard gebleven: de oudste uit 1924, als Roland Holst met kritische waardering reageert op gedichten van De Vries, de laatste uit 1973 als hij getroffen is door een begripvol artikel van De Vries. Ontmoet hebben ze elkaar in de tussentijd maar één keer. Bij elkaar geplaatst geven de brieven een beeld van een toenadering die een zekere  vertrouwelijkheid krijgt, en zelfs het begin lijkt van vriendschap tussen twee heel verschillende persoonlijkheden. Maar ze zet niet door, zodat de correspondentie in  de beleefde afstandelijkheid eindigt waarmee ze begon. De moeite die Holst heeft om de roem die men hem toezwaait te verenigen met de aard van zijn dichterschap, contrasteert opvallend met de roes waarin De Vries zich bij een huldiging laat meeslepen.

Inleiding en verbindende teksten van de hand van Jan van der Vegt, biograaf van zowel A. Roland Holst als Hendrik de Vries, plaatsen de brieven in een traditie van schrijversbrieven en een context van literaire vriendschappen en onderlinge kritiek.

ISBN: 9789492395382, aantal pagina's: 80